Fotografe Carmen De Vos, de vrouw achter de camera

Voor fotografe Carmen De Vos zijn -een nieuwe lente, een nieuw geluid- geen holle woorden. Net voor de lente losbarst, het frisse groen verschijnt, de luchten blauw kleuren, stelt ze haar nieuwe fotoboek -Belly Riot- voor in haar spiksplinternieuwe studio te Antwerpen. Daarbovenop ruilt ze de gemeente Lochristi voor de stad Antwerpen. Voor het eerst in haar leven houdt ze werkplaats en woonhuis gescheiden. Het wordt -another way of living- Wie weet welke weg haar portretten opgaan? Voor Carmen De Vos zijn het ongetwijfeld drukke tijden. Fijn dat ze tijd vrij maakte voor een interview met Kunstpoort. Aan het staartje van het interview waren de rollen eventjes omgekeerd en toonde de fotografe heel veel human interest, een gave die ongetwijfeld van pas komt bij het portretteren.

Kunstpoort Voor de lezers is het interessant wat achtergrond informatie te vernemen. Heb je artistieke studies gevolgd? Fotografie? Ben je onmiddellijk als fotograaf aan het werk gegaan?

Carmen De Vos Ik ben wat je noemt een late roeping. Mijn eerste opdracht kreeg ik op mijn eenenveertigste en die opdrachten zijn blijven komen. Tegenwoordig ben ik freelance fotografe voor De Morgen, Knack, Humo, De standaard …. Mijn passie werd onmiddellijk mijn beroep. Vroeger was ik wat je noemt de beste fotograaf van de straat, fotograaf van familiefeesten, huis- en tuinfotograaf. De bal ging aan het rollen toen ik mij een point-and-shoot camera, een polaroid aanschafte. Het internet deed zijn intrede. Zo kon ik deelnemen aan internationale wedstrijden en won wereldwijd onmiddellijk prijzen. Ik was 40 jaar, had een administratieve job die stilletjes aan begon te vervelen. Mijn tienerdochter had mijn hulp niet meer nodig, ik besloot een sabbatjaar te nemen om mijn foto’s te archiveren. Dat archief verdween op de achtergrond en ik startte het magazine TicKL, een ambitieus gedrukt Engelstalig internationaal magazine met kunstporno. Ik wilde niet de klassieke erotiek brengen met fake modellen en siliconenborsten maar koos resoluut voor ondeugende humor. Ondertussen is het magazine een collectorsitem. Begin 2008 vroeg Cathérine Ongenae, journaliste en antropologe, mijn medewerking voor de serie ‘Man in hemd’ in de bijlage van De Morgen: WAX. Ik had geen ervaring, besloot met heel veel lef mijn eerste stappen te zetten in een mannelijk bastion dat toen het medialandschap was. Ik fotografeerde, sensueel, mannen, BV’s, politici… , in hun onderhemd, niet evident natuurlijk. Heel veel overtuigingskracht werd aan de dag gelegd. Ik vond het belangrijk mijn kans te grijpen, meester te zijn van mijn eigen verhaal.

Kunstpoort Je maakt vrouwelijke portretten, meestal polaroid foto’s, weg van het alledaagse schoonheidsideaal, van de traditionele beeldvorming die we kennen van de magazines. Welk beeld van de vrouw wil je tonen: de kwetsbare vrouw of de zelfbewuste vrouw?

Carmen De Vos Ik wil de vrouw in al haar kracht verbeelden, niet pleasend, niet lief. Ik kies voor een speelse, humoristische, ondeugende, frivole benadering en toon de vrouw in een absurde context, surreëel, niet alledaags. Ze is meer dan het mooie snoetje, buiten haar lichaam heeft ze ook een eigen verhaal.

Kunstpoort Je bent een vrouw achter de camera, sowieso kijk je anders naar een vrouw dan de mannelijke fotograaf. Is dit de reden dat vrouwen zich anders tonen en gedragen voor je lens? Of is het je persoonlijkheid, manier van omgaan met het model?

Carmen De Vos De mannelijke fotograaf kan bij het model als een bedreiging overkomen, als een man in een machtspositie. Bij mij speelt de shoot zich af in een leuke ontspannen theatrale sfeer. Bij een vrouw hoeven ze geen bevestiging dat ze mooi zijn, de keurende blik ontbreekt.

Kunstpoort Ik veronderstel dat naakt fotograferen niet evident is. Hoe ga je tewerk bij het fotograferen? Ken je de modellen, leer je die kennen, zijn er veel voorafgaande gesprekken? Moet je ook niet een beetje psycholoog zijn? Is de eerste vereiste dat het klikt met het model?

Carmen De Vos Vooraf corresponderen we per mail. Als fotograaf ben je inderdaad ook een beetje psycholoog. Heb ik een zelfverzekerde vrouw voor de lens? Zijn er barrières? Poseren kan een therapeutische uitwerking hebben. Ik zorg ervoor dat de vrouw haar grenzen verlegt en vooral niet blokkeert. De naakt shoot moet je opbouwen in een onbevangen sfeer.

Kunstpoort Zijn de foto’s een echo van de ziel? Of zetten je modellen gewoon een masker op? Is het een spel, theater, een soort performance? Is het meer dan een speciaal kiekje? Hangt er soms een verhaal aan vast? Zijn je foto’s een vertaling van persoonlijke emoties en gedachten? Probeer je in je model iets van jezelf te herkennen?

Carmen De Vos Het is niet uitsluitend theater. De ene keer toont de foto mijn verhaal de andere keer dat van het model. De stoutere kant van het model komt aan bod. Er is input van beide. Als fotograaf sta ik open voor improvisatie. Vaak duurt een shoot langer dan gepland omdat er heel wat ideeën opborrelen. Wanneer ik voor de pers fotografeer hou ik rekening met de eigenheid van het medium: krant, magazine of boek. Elk medium vereist een diverse aanpak.

Kunstpoort Aan je foto’s herken ik iemand met een enorme verbeeldingskracht en creativiteit. Ben je al van jongs af bewust van deze talenten?

Carmen De Vos Zelf had ik geen vermoeden van mijn ongebreidelde fantasie. Als werknemer in het bedrijf van mijn schoonouders ontwierp ik zonder enige opleiding een huisstijl: logo, website… Een teken aan de wand?

Kunstpoort Fotografeer je vaak op locatie? Zoek je een locatie of kom je die toevallig tegen?

Carmen De Vos Ik zoek een locatie volgens de persoonlijkheid van het model. Vaak zijn dat hotels B&B ‘s zelfs bij mensen thuis. Ik fotografeer weinig portretten in de studio.

Kunstpoort Wat is je mening over de sociale media, FB bijvoorbeeld, die naakt niet toelaat?

Carmen De Vos Het is jammer dat de moraliserende censuur op Facebook vanuit Amerika ook het FB gebruik in België controleert. Het berispende vingertje is ronduit censuur wat nefaste gevolgen heeft voor mijn werk. Uit noodzaak probeer ik nu braaf te zijn op de sociale media. Er is gebrek aan vrijheid, de jonge mensen leven nu in een wereld met blokjes en balkjes op instagram en FB. De David Hamilton foto’s van de jaren 70, droomachtige, wazige portretten van naakte adolescente meisjes zouden tegenwoordig sneuvelen onder de censuurdrift van FB.

Kunstpoort Je nieuwste boek -Belly Riot- toont zwangere vrouwen in absurde en surreële scenes. Vanwaar komt het idee een boek te maken met foto’s van zwangere vrouwen, vanuit je eigen leefwereld, gezinssituatie of sfeer?

Carmen De Vos Ik had niet bewust het idee zwangere vrouwen te fotograferen voor een boek. Het begon allemaal heel spontaan. Mijn eerste shoots van zwangere vrouwen waren met onder andere Murielle Scherre, Cathérine Ongenae. Na een tijdje bleek ik er een aanzienlijk aantal te hebben en ben ik doelbewust zwangere vrouwen gaan fotograferen in ongewone situaties. Ik fotografeer ze in een stoutere versie van zichzelf, niet de romantische maar wel de zelfbewuste vrouw, de amazones van deze tijd.

Kunstpoort Is het boek een salon- kijkboek of vind je het veel meer dan dat?

Carmen De Vos Ik heb vooral een feministisch statement willen maken met aandacht voor de zwangere vrouw. Vrouwen hebben nog altijd minder jobkansen. Vrouwen zijn nog niet zo lang juridisch beschermd. Het zwangerschapsverlof is pas in 1978 wettelijk geregeld. Een standbeeld van een heldhaftige man, militair, koning of wie dan ook, zie je overal in het straatbeeld, een beeldhouwwerk waarin de vrouw centraal staat is minder evident. Cathérine Ongenae heeft het in haar voorwoord over het ontbreken van de zwangere vrouw in de kunst en over de manier waarop een zwangere vrouw is afgebeeld. Galeries zitten vol met geïdealiseerde portretten van het moederschap, onberispelijke Madonna’s in lange gewaden met de hand zedig op de buik. Mijn boek toont de vrouw op een verrassende manier. Een sensuele en speelse reis naar een wereld van zelfontdekking, vrouwelijke empowerment en grenzeloze verbeeldingskracht. (vertaald citaat uit het Engels op site van Carmen De Vos.)

Kunstpoort Zijn de foto’s in je boek polaroids, digitaal? Bewerk je na de opname je foto’s?

Carmen De Vos De foto’s in -Belly Riot- zijn zowel polaroids als digitaal. Ik bewerk ze achteraf, steek er mijn eigen palet op, geef ze die specifieke kenmerkende Carmen De Vos sfeer.

Kunstpoort Onlangs las ik het volgende citaat van Elizabeth Shannon in The rise of the Photobook in the twenty-first century (2010): Een fotoboek is een autonome kunstvorm, vergelijkbaar met een beeldhouwwerk, een toneelstuk of een film. De foto’s verliezen hun eigen fotografischn karaktier als dingen ‘op zichzelf’ en worden onderdelen, vertaald in drukinkt, van een dramatische gebeurtenis die een boek wordt genoemd. Beschouw je je boek ook als een kunstwerk op zich. Je moet het geheel bekijken en niet de onderdelen?

Carmen De Vos Dat geldt voor sommige fotoboeken. Het geheel is krachtiger dan de onderdelen. De foto’s zie je best in hun totaliteit dan pas begrijp je de bedoeling. Zo is mijn boek geen bundeling van leuke foto’s, het is een statement.

Kunstpoort Is het moeilijk fotograferen in opdracht met eigen werk te combineren? Telkens switchen van onderwerp en aanpak, van analoog/polaroid naar digitaal, moet vermoeiend zijn. Denk je niet vaak tijdens een shoot aan je opdrachten en omgekeerd? Kunnen ze elkaar beïnvloeden?

Carmen De Vos Het is verrijkend met de twee bezig te zijn. Mijn opdrachtfotografie maakt van mij een betere kunstfotograaf. Mensen met bepaalde beroepen hebben voortdurend tijdsgebrek. Het is de boodschap om supersnel tot het beste resultaat te komen. Vandaag had ik een shoot met een regisseur. De deur gaat open, je treedt de privésfeer binnen. In een minimum aan tijd moet je de persoon doorgronden en leren kennen voor je een portret kan maken. Het is een training in snel werken.

Kunstpoort Ben je een reportagefotograaf die kunstfoto’s maakt of andersom? Een kunstfotograaf die ook reportages maakt?

Carmen De Vos De reportagefotograaf heeft de kunstfotograaf nodig en andersom. Het moet in balans zijn. Soms zit ik gevangen in mijn eigen kop. Dan breek ik uit, de afwisseling is interessant.

Kunstpoort Ga je vaak met een journalist op stap?

Carmen De Vos Zelden, dat is nefast voor de foto. Ik verkies zelfstandig te werken. Zo ging ik met Lize Spit alleen op stap naar de gewenste locatie. Fascinerend toch, die wisselwerking tussen geportretteerde en fotograaf. Met een journalist aan je zij kan je niet connecteren en je concentreren.

Kunstpoort Als illustratie van het gezegde lees ik op de instagrampagina Carmen De Vos
Ik had laatst een houten jubileum met Lize Spit. Ik mocht haar voor de vijfde keer fotograferen. Bij hout denk je toch al gauw aan krukken dus nam ik haar mee naar een oud hospitaal in Brussel. De staat van het pand was een stuk minder florissant dan in mijn verbeelding, maar gelukkig huist er nog steeds een speelvogel in ons beider wezen die we desgewenst naar boven kunnen roepen. We gingen op ontdekkingstocht door een labyrint van shabby hospitaalgangen. Terwijl ik Lize in beeld bracht, smolt er iets onverwachts. Avontuur, weet je wel. Niet de verf op de muren, maar ikzelf toen ik door mijn lens een keer teveel in haar grote reeënogen keek.

Kunstpoort Op je site zie ik enkel vrouwelijke portretten. Acht je het ook mogelijk portretten van mannen te maken? Ik zag enkel het portret van Etienne Vermeersch op je site.

Carmen De Vos Voor de pers fotografeer ik wel meermaals mannen. In opdracht van De Morgen had ik een fotosessie met Tania Vander Sanden geflankeerd door 2 mannen, dit naar aanleiding van haar 60ste verjaardag – Pool Party for an Actress-. Bij mijn vrij werk staan bijna uitsluitend vrouwen voor de lens. Met vrouwen is identificatie mogelijk. Een man zwoel en erotisch fotograferen valt moeilijker. Mannen hebben het daar moeilijk mee of er hangt iets meer in de lucht, de context is minder duidelijk.

Kunstpoort In welk fotomuseum of museum zou je ooit willen tentoonstellen of zou voor je de ultieme erkenning zijn?

Carmen De Vos Laat me maar bescheiden blijven: het FOMU in Antwerpen. Als ik het groots mag zien en luidop dromen: het MOMA in New York.

Kunstpoort Wat verkies je, een fotoboek of tentoonstellen in een museum?

Carmen De Vos Tentoonstellen in een museum. Ik stelde 2 maal tentoon in het Stedelijk museum te Zwolle. In een museale context tentoonstellen is tof en verrijkend. Je mag niet bang zijn om te falen. Ik kan jammer genoeg geen tijd spenderen aan het leggen van contacten met musea en/of curatoren.

Kunstpoort Misschien kan dit interview musea en curatoren triggeren?

INFO

https://www.instagram.com/carmendevoss/

cdv@carmendevos.com

Studio Carmen De Vos
Guldenberg 8
2000 Antwerpen

BELLY RIOT

Belly Riot is een revolutionair eerbetoon aan de moed en veerkracht van vrouwen overal ter wereld. Een sensuele en speelse reis naar een wereld van zelfontdekking, vrouwelijke empowerment en grenzeloze verbeeldingskracht.

Join the Belly Riot revolution!

Praktisch

Belly Riot is een bibliofiele uitgave. Er zijn maar 300 exemplaren beschikbaar en daarvan moet de gehele wereld bediend worden. Super gelimiteerd dus!
‘Belly Riot’, Carmen De Vos by Studio Carmen De Vos, 96 pp., 75 euro

Carmen De Vos gaat mee met haar tijd! Ze heeft 25 extra exemplaren laten drukken met 3 andere covers gegenereerd door haarzelf in co-creatie met DALL E-2. De covers zijn een interpretatie van AI prompted door een beschrijving van drie van haar eigen foto’s in het boek. Waarschijnlijk zullen dit de eerste fotoboeken ooit zijn met een door AI gegenereerde cover. Ze zullen verkocht worden als een tastbare en bibliofiele NFT via het nieuwe Belgische platform WAW Street.

Zondag 19 maart 14-18u – bezoek expo + mogelijkheid tot aankoop boek of NFT
Guldenberg 8 – 2000 Antwerpen

Verneem meer over Belly Riot via onderstaande link

Tekst Kathleen Ramboer
Foto’s Carmen De Vos


Dance Waves Competition: Van elkaar leren

Al bij binnenkomst in CC de Biekorf voelen we dat de 17e kwalificatiewedstrijd van de Dance Waves Competition in Lebbeke niet zomaar een wedstrijd is. In de inkomhal staan groepjes dansers met hun begeleiders zich mentaal voor te bereiden op hun optreden voordat ze zich gaan klaarmaken in de kleedkamers. Andere dansers praten na over het resultaat dat ze vandaag hebben behaald en weten wat ze tijdens een volgende wedstrijd beter moeten doen om zich te kwalificeren voor het Belgisch of Nederlands kampioenschap.

“Dance Waves Competition is de grootste danswedstrijd in België en Nederland samen en gaat door in mooie theaterzalen met professionele belichting, juryleden en fotografen. De wedstrijd is toegankelijk voor dansers van alle niveaus en alle leeftijden in de dansstijlen hip hop, modern, hedendaags, jazz en klassiek ballet.”

In de grote zaal van CC De Biekorf wonen we solo- en groepsdansen van de Teens in categorie Modern, Hedendaags & Jazz bij. Op verschillende muziekstijlen worden de mooiste choreografieën uitgevoerd onder het toeziend oog van een driekoppige jury. De dansen volgen elkaar snel op, enkel een professionele jury kan deze snelheid aan. Het deelnemersveld is internationaal. Naast Belgische zijn er o.a. Duitse en Franse dansers. Aan het einde van het blok worden alle kandidaten op het podium gevraagd en volgt de prijsuitreiking. De winnaars ontvangen een medaille en/of beker. De sfeer is hartelijk.

In de pauze spreken we met Laura Van de Voorde, verantwoordelijke van de dag. Ze vertelt dat Tine Peters de oprichtster is van de Dance Waves Competition. De wedstrijd wordt sinds 2015 georganiseerd. Het seizoen loopt van het laatste weekend van oktober tot en met het eerste weekend van juli.

“Het doel is om jonge, getalenteerde dansers samen te brengen waardoor ze met elkaar in contact kunnen komen en van elkaar leren terwijl ze podiumervaring opdoen. Promotie van de winnaars gebeurt via YouTube, Facebook, Instagram, enz. Het is de ideale manier om je als danser in de kijker te zetten. Iedereen kan inschrijven: dansscholen, dansgroepen en individuele dansers (duo’s, trio’s en solo’s).”

De dansers verdienen op alle kwalificatiewedstrijden punten. De punten van hun beste drie wedstrijden zullen meetellen voor de selectie van het Belgisch Kampioenschap. De Juryleden zijn grote namen uit de danswereld. Op zo’n dag als vandaag zijn er zo’n 12 vrijwilligers betrokken bij de organisatie van de wedstrijd.

Ook spreken we met de choreografe van GDK Ministars uit Kluisbergen. Ze is voor het eerst als choreografe mee met het competitieteam van de dansgroep en is tevreden over het resultaat (5e plaats). Dit seizoen zullen ze de dans nog drie keer presenteren, o.a in Asse en Tielt.

Bij Pirouette Juniors in Beersel danst een jongen in de groep. Hij vertelt blij te zijn met de vierde plaats, want ze hebben het vandaag beter gedaan dan in de vorige wedstrijd. Dat hij één van de weinige mannelijke dansers is vandaag lijkt hem niet te deren. Hij is het duidelijk gewoon. Ook in hun dansschool dansen er niet veel jongens.

In het café heerst een gezellige sfeer. Groepen mensen die bij een dansschool of danser betrokken zijn, zitten gezellig met elkaar te babbelen en herkennen mensen van andere groepen. Van competitie is hier weinig te merken. Het is duidelijk dat een van de doelen van de Dance Waves Competition, het met elkaar in contact komen en van elkaar leren, voorop staat.

Wellicht zien ze elkaar weer op een van de volgende wedstrijddagen, op 25 maart in Bierbeek, op 1 april in Koksijde of op 8 april in Deinze. Wij zullen dan proberen de drijvende kracht achter de Dance Waves Competition, Tine Peters, te interviewen. Wordt vervolgd dus.

Dance Waves Competition website: https://www.dancewavescompetition.com
Facebook: https://www.facebook.com/dancewavescompetition
Instagram: Dancewavescompetition

Diana van Bergeijk Tekst
Eric Rottée Foto’s

Kunst met 3D-pen

Mieke Tambuyzer

De liefde voor kunst is begonnen in Zuid-Afrika waar ik met mijn gezin verbleef in de jaren 80. Terug
in België ben ik aan de academie in Vilvoorde gestart en volgde ik 8 jaar schilderkunst onder leiding
van Walter Goossens.
Het vierkante formaat heeft lang mijn voorkeur genoten. Ik werkte met olie en acryl.
Mijn verblijf in China bracht me de liefde voor Oost-Indische inkt en de theepot. Later ben ik meer kleur gaan
gebruiken en daar hebben zeker onze reizen naar Istanboel toe bijgedragen.

Theepotten heb ik vaak geschilderd omdat ze voor mij symbool staan voor gezelligheid en de warmte van het nest.
De laatste 6 jaar ben ik me aan het verdiepen in het werken met 3D-pen. Het gebruik van dit medium
stelt me in staat om zowel tweedimensionaal als driedimensionaal te werken. Het proces van het
creëren brengt vaak leuke verrassingen met zich mee. Effecten zijn leuk maar de diepgang is toch
belangrijker.

Het mysterie moet blijven daarom geef ik niet graag titels aan mijn werk. Mijn verhaal
ken ik maar iedereen mag zijn eigen verhaal hebben. Zoals ik reeds zei is de mens die zoekt naar zijn
plaats in de wereld meestal aanwezig. We zijn allemaal verbonden. Positieve energieën die je pas
kruisen laten je vliegen en anderen halen je neer. Dit alles probeer ik uit te drukken in sfeervol werk.

Tekst: Mieke Tambuyzer voor ABC Hedendaagse Belgische en Nederlandse kunstenaars 2022

INFO

http://www.mieketambuyzer.be
https://www.facebook.com/mieke.tambuyzer.39/


Tentoonstelling
in Mechelen op de Korenmarkt
Galerie M.E.R.G.E.D.
Van 17 februari tot 25 maart
https://www.merged.be/kopie-van-expo
Openingstijden
vrijdag: 13u tot 18uz
zaterdag: 13u tot 18u
Op andere dagen is een afspraak bij Merged mogelijk
0468 33 01 61 – m.e.r.g.e.d@hotmail.com

Videograaf: Bert VANNOTEN

Kunst maakt vrienden

Expositie Acadisten in het Oud Hospitaal te Oudenaarde

De Acadisten zijn een informele vriendengroep met een gemeenschappelijke passie voor Kunst. Wat ruim vijf jaar geleden op de Koninklijke Academie Beeldende Kunst van Oudenaarde begon met een bemoedigend knikje, een vriendelijke aansporing en een enthousiaste belangstelling voor het werk van een “medestudent”, groeide uit tot een hechte vriendschap buiten de muren van de Academie.

Samen kijken naar kunst en tentoonstellingen bezoeken in binnen- en buitenland zorgt voor artistieke ontdekkingen, nieuwe inzichten, ideeën en esthetische ervaringen.

Hoewel de Acadisten samen optrekken, behouden ze elk hun eigen stijl door de aard van de verschillende disciplines: schilderen, tekenen, beeldhouwen, keramiek, grafisch werk, textiel, fotografie en nature art. Wat bindt is de belangstelling voor kunst en bovenal de passie voor het maken van eigen werk, zowel realistisch, experimenteel als fantasierijk.

Met deze eerste groepstentoonstelling willen de Acadisten laten zien dat creativiteit nooit stopt en willen ze graag hun enthousiasme met de bezoekers delen.

INFO

expositie Oud Hospitaal Oudenaarde
St Walburgstraat
17-18-19 maart
24-25-26 maart
open van 11u tot 18u

tekst Mieke Bailleul

Poëzie in beweging

Interview met Anne Provoost – Alja Spaan
een uitwisseling met MEANDERmagazine

MEANDERmagazine is een blog van onze noorderburen. Toevallig ontdekte één van de recensenten onze blog KUNSTPOORT. MEANDER contacteerde ons en dat resulteerde in een uitwisseling van een publicatie. Graag plaatsen wij het interview met Anne Provoost van MEANDER in de kijker en op hun beurt publiceren zij het KUNSTPOORT interview met dichter Rob Van de Zande.
https://kunstpoort.com/2022/01/25/dichter-rob-van-de-zande-een-romanticus-pur-sang/

MEANDER is een literair e-magazine over poëzie en heeft tot doel literatuur onder de aandacht te brengen van een breed publiek, gebruikmakend van de mogelijkheden van het internet. Ze besteden vooral aandacht aan aankomende dichters, publiceren elke dag beschouwingen, recensies, columns, interviews, hebben verschillende series lopen en nemen ingekomen kopij serieus.
Voor meer info https://meandermagazine.nl/

Wekelijks stuurt meandermagazine een nieuwsbrief naar een ieder die interesse heeft in poëzie. Gratis en voor niks.

INTERVIEW ANNE PROVOOST

‘De dichtkunst drukt het onvermogen uit om ons diepste zelf te verwoorden.’
interviewer Alja Spaan

foto © Mathias D’Haen

Anne Provoost schrijft romans, essays, korte verhalen en sinds kort ook poëzie. Ze is lid van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Zij won met haar werk de Gouden Uil, de LIBRIS Woutertje Pieterseprijs, twee keer een Zilveren Griffel, twee keer de Gouden Zoen. Haar roman –Vallen- werd verfilmd. Voor -In de zon kijken- kreeg ze de driejaarlijkse Cultuurprijs van de Vlaamse Gemeenschap, dat is de voormalige Staatsprijs voor Literatuur. Haar werk is in twintig talen vertaald.

Alja Spaan Onlangs verscheen je eerste gedichtenbundel Krop, gefeliciteerd daarmee. Waarom koos je na alle romans, kinder- en jeugdboeken en essays nu voor een gedichtenbundel?

Anne Provoost Ik werk al meer dan tien jaar aan het oorlogsverhaal van mijn grootmoeder in de Belgische Westhoek. Zij werd als klein meisje per trein weggevoerd uit de frontstreek in het jaar 1915 omdat in haar dorp aan het Ieperleekanaal de Duitsers de eerste grote aanval met gifgas inzetten. Onze overheid heeft na die inbreuk op de Conventie van Den Haag vier jaar lang kinderen weggehaald uit de gevarenzone. Ik wist nagenoeg niets van die grootscheepse evacuatie tot de VRT me vroeg om hier samen met Rita Mosselmans een documentaire over te maken voor Canvas. Ik dacht dat het bij die docu zou blijven, maar op een of andere manier heb ik zonder het goed te beseffen dat verhaal vervolgens geïnternaliseerd. Vooral het feit dat de kinderen – het waren er bijna 20.000 – met treinen werden weggebracht zette zich vast in mijn hoofd. De cadans van de stampers van de locomotief en het slaan van de ijzeren wielen op de bielzen werden ineens hoorbaar in mijn zinnen. Ik begon met een dreun te schrijven, alsof ik spoken word maakte, of misschien was het mitrailleurvuur. De dieperliggende reden was allicht dat ik best wel verbijsterd was over de wreedheid van wat zich in mijn geboortestreek heeft voorgedaan zonder dat iemand me er ooit over heeft verteld: kinderen die werden verminkt door granaatscherven, kinderen met een handicap die spoorloos verdwenen, familieleden die stierven. De nadruk op ritme ging zo ver dat ik de inhoud van mijn verhaal begon te wijzigen, in functie van versvoeten, en dat in een prozatekst. Zeker in een roman die op werkelijke feiten is gebaseerd is dat natuurlijk niet de bedoeling. Ik wilde van die cadansstress af, die hang naar klankmaat moest uit mijn systeem, en zo kwamen de gedichten.

Alja Spaan Recensent Herbert Mouwen, Meander, gelooft niet in ‘het gescheiden houden van de verschillende schrijfgenres waarvan een auteur zich bedient.’ Jij wel?

Anne Provoost Voor mij is het onderscheid heel scherp. In een journalistieke tekst is er een obligate één op één verhouding met de werkelijkheid. In een fictietekst wordt die verhouding minder stringent, maar hij is er nog steeds, want dubbelzinnigheid leidt ook daar tot misverstanden. Poëzie doet het omgekeerde. Betekenis is niet langer de essentie. Er gebeuren interessantere dingen in een gedicht dan het overbrengen van beduidenis.

Appelflauwte
Opgedragen aan Herman de Coninck

Degenen die er zo zeker van zijn dat het leven
van hen is mogen over mijn geboortewond praten
terwijl ik nog een beetje drink

Zoals we gedichten niet begrijpen omdat ze
in onze ogen schijnen, blijft alles wat hier staat
behoorlijk geslepen, want Nederlands is mijn
tweede taal en de film van mijn vroege beschaving
kan breken

Mijn heldere gedachten botsen als platen
want een letterlijke vertaling dobbert
als een meerboei in een plas

Mijn oude iconen zijn door Scheideggers geratel
al lang van de plank
hun zuivere intenties tot proppen gedraaid
met hun roep om meer klaarheid

Van dat beeld kan ik niet slapen, ook al
dwaalt er in iedere controverse een waarheid
dus houd ik mijn zachte meesters tussen mijn regels
als tussen smetteloos witte lakens en val regelmatig flauw
maar laat het niet zien

Alja Spaan Waarin verschilt het schrijven van poëzie met al je voorgaande werk?

Anne Provoost Je veroorzaakt een sensatie, eerst bij jezelf, later wellicht ook bij je lezer. Gedichten laten deurtjes in de hersenen openklappen. Je zet al het cognitieve opzij, je haalt de letterlijkheid weg, je hijst de witte vlag en geeft toe dat betekenis meestal tekortschiet, en dat je dus andere middelen zult inzetten om een indruk of een gevoel of een toestand van een zender naar een ontvanger te laten gaan. Meer hermetische verzen invoegen is een manier om net dat aan de lezer duidelijk te maken. Je zegt eigenlijk: ik ben vrij en jij ook, dus laat je meevoeren, kom in mijn krochten, geef je weerstand op, misschien ontmoeten we elkaar dan wel.

Alja Spaan Mouwen haalt uit een radio-interview van je dat ‘het een kwestie was van iets dat eruit moest, het zat opgekropt.’ Is het schrijven noodzakelijk (geweest) voor jezelf of wilde je een algemeen gevoel verwoorden?

Anne Provoost Die gedichten schrijven was voor mij in ieder geval geen hobby. Het voelde meer als een kuur. Ik moet wanneer ik schrijf altijd wel iets kwijt, maar ik moet het daarom niet altijd kwijt aan een publiek. In eerste instantie deelde ik mijn gedichten met intimi, onder meer met kunstenares Annabel Keijzer in Amsterdam, die er dan telkens een heel kleurrijk schilderij bij maakte. Gedichten gaan voor mij om het spel, om de dans, het slaan van de hakken. Ik hoop oprecht dat de lezer van mijn bundel de uitbundigheid voelt van een vrouw van 57 die als een kind de mogelijkheden ontdekt van het dichten.

Alja Spaan Uit dat interview spreekt ook dat je denkt aan de lezer terwijl je schrijft – je wilt ‘de woorden en hun mogelijke betekenissen samen onderzoeken’. Is de taal van de poëzie rijker? Heeft het de interactie met de lezer nodig? Is juist niet bij poëzie de taal omgebogen tot een duidelijke vorm?

Anne Provoost Een schrijver is allicht op zoek naar een lezer, maar hij is ook zijn eigen lezer. Elk menselijk brein heeft altijd wel schizofrene potentie, vermoed ik, en dus kun je als schrijver ook de ontvanger zijn van je eigen gedicht. Gedichten worden de hoogste vorm van taalgebruik genoemd, en dat zijn ze ook. Maar poëzie is daarom nog geen hogere kracht. De dichtkunst drukt het onvermogen uit om ons diepste zelf te verwoorden. Vaak maakt die dus gewoon duidelijk dat we helemaal niet in staat zijn om die woorden ook echt te vinden. We botsen op het onzegbare, en we zoeken er metaforen voor, maar dat betekent niet dat we daarmee een stap dichter bij het onzegbare zijn gekomen, laat staan dat we het hebben geïnterpreteerd of verklaard. Onze geest is nu eenmaal sterk begrensd, onze harde schijf te klein voor een hoop fundamentele inzichten. Poëzie kan daar niet veel aan veranderen. De dichter bezweert zijn gedachten door ze door op papier te zetten, meer niet. Om te leven en te overleven is de wetenschap nuttiger dan de poëzie. Van zodra men poëzie omschrijft als iets esoterisch – ik denk bijvoorbeeld concreet aan de beweringen van Mathias Desmet die nu in Vlaanderen ineens actueel zijn – haak ik af. Een duidelijke vorm? Ik zou zeggen, er is vorm, maar hij is niet altijd duidelijk.

Alja Spaan Mouwen zegt dat hij ‘soms vastloopt in de stapeling van beelden’. Is dat erg?

Anne Provoost Het gedicht lijkt een organisme, maar is het niet. Een organisme groeit uit zichzelf, en een gedicht wordt door een dichter gemaakt. Op een gedicht kun je ingrijpen. Al kan dat ingrijpen ook tegenvallen. Soms probeer ik twintig wijzigingen uit, om dan weer uit te komen bij de allereerste versie. Ik kan zelf ook niet goed tegen stapelingen van beelden. Je moet nooit proberen alle hoeken van de kamer ineens te laten zien. Ik dacht dat ik mijn beelden strak in de hand had, want elk gedicht baken ik af met mentale strepen in het zand. Vanuit één basiskleur vertrekken, en enkel afwijken om te contrasteren, niet om te variëren, is voor mij een belangrijke vuistregel. Maar ik zal vast niet de enige zijn die dichterlijke principes beter kan belijden dan ze in de praktijk omzetten.

Alja Spaan Je dicht over alledaagse dingen, stelt hij. Hoe ga je te werk?

Anne Provoost Het is de cadans die het voortouw neemt. De woorden echoën in mijn hoofd tot ik ze neerschrijf. Ik zoek naar wat woorden in nieuwe combinaties verluiden, en hoe ze dat doen. En ik stel verluiden hier bewust tegenover verbeelden. Beelden zijn maar beelden. In een crisis is naar mijn ervaring het eerste wat je wil doen taal vinden zodat je het overweldigende ervan kunt saucissoneren. Daarzonder ben je in vrije val. Taal is ons meest menselijke houvast. Als de crisis toeslaat vind je de werkelijkheid niet terug, maar je vindt er misschien wel enige taal voor. Het gebeurt dan dat we een gedicht of een dichter iets universeels ‘toedichten’, maar dat is er volgens mij enkel door projectie. Misschien is dat wat Mouwen bedoelt met die ‘alledaagsheid’. Als aan mijn gedichten allerlei universele waarden zouden worden toegekend, dan zou ik me daarvan distantiëren, denk ik. Elk gedicht blijft voor mij anekdotisch. Het is geschreven doordat mij iets is overkomen of opgevallen, niet iemand anders. Een vrouw die dood wordt binnengebracht op de spoedafdeling in Gujrat in Pakistan omdat ze een abortus heeft ondergaan, mijn betovergrootmoeder die werd gedwongen met haar twintig jaar oudere schoonbroer te trouwen nadat haar zus in het kraambed stierf, mijn neef die verongelukte op zijn fiets, mijn ouders die voor het eerst hun achterkleinkind ontmoeten als het al maanden oud is omdat ze het niet hebben mogen zien vanwege Covid, twee vrouwen in Frankrijk die worden vrijgesproken nadat ze hun man hebben vermoord, … de alledaagsheid van leven en dood inderdaad. Ik wilde geen ingesloten of symbolische wijsheden in mijn gedichten stoppen. Anderen mogen dat doen, maar ik ga die interpretaties beamen noch ontkennen. Ik verkoop geen wijsheid. Ik zou veel te ongerust zijn om als betweterig over te komen, of om een aanbieder te zijn van tegelwijsheden. Enkel de wetenschappen zijn een goed kompas als je wijsheid zoekt, want de wetenschap is onze echte gedeelde werkelijkheid. Kunst is zoals de liefde, beide zijn fantastisch om te hebben, maar de poëzie moet niet willen fungeren als een parallelle wereld om dingen op te lossen. Gedichten kunnen misschien een mens genezen, maar ze kunnen de wereld niet genezen. Wie het laatste veronderstelt leeft in een delusie.

Pik-pik-pik

Het einde begint als na een winter van monocultuur kauwen boven het meer
zweven als marionetten aan draden, zich verspreiden in een hoek van de
afbeelding en zich keren tot het straatparlement dat erin slaagt de hele schepping
in één gewichtloze lengte te dragen: ze bijten een hoekworm in helften.

We krijgen koude en broze voeten op deze weg van oud koraal, want we hebben
een kwestie over het hoofd gezien, we zijn in de atlas van broedvogels gaan staan,
apen en andere grondbewerkers hebben de meer realistische kijk gehad: zij
trokken zich terug in de wereld die dan toch niet vergaat zoals aangekondigd in
dat andere gedicht.

De machine die onze leeftijd kan raden verlaat het station als een sneltrein, een
aandeel terug voor elke minuut dat hij is vertraagd, de vooruitgang ebt weg,
het lied van de zangers van diverse pluimage raakt ons met een snavel, drukt ons
verlangen over de rand waar wij lijken te –

Alja Spaan Ook noemt hij dat het voor je prozawerk kenmerkend is dat je pijnlijke kwesties verzwijgt. Je gedichten daarentegen zijn heel direct. Geeft poëzie je daarmee meer kansen dan proza?

Anne Provoost De gedichten zijn een uitlaatklep voor mijn bezorgdheid over onder meer liefdes die groter worden naarmate je beseft dat je ze kunt verliezen. Ze opschrijven voelde echt als het lossen van een ventiel. Het genre was gewoon geschikter dan proza om de totale ontreddering te beschrijven die opsteekt als je èn in een pandemie zit, èn in een klimaatcrisis, èn je daarbij ook nog eens vaststelt dat je in een razend tempo veroudert. Ik kan er niets aan doen, maar dan ga ik op zoek naar handvatten om situaties vast te pakken en te beheersen. De handvatten zitten in het verwoorden, met cynisme en relativering, en in de esthetische ervaring die je krijgt als een versregel goed bolt. Dat laatste altijd onder voorbehoud. In crisistijd wordt de poëzie vanzelf een stuk minder lyrisch.

Zoals je nog zei toen ik stierf

Zoals je nog zei toen ik stierf waren we gewoon
lichamen bezorgd om de wind, chimaera’s
van vreugde en blijheid. We ademden en zuchtten
met de regelmaat van vallende appels.
Ons licht startte in ramen. We moesten
absoluut de klokken verslaan, want er zat geen geluid
in het gerucht. De zon werd een vuurvogel en
we leefden om het antwoord te horen, maar
het probleem werd niet opgemerkt door God de Vader.
Alles is rakelings voorbijgegaan behalve het vergeet-me-niet.
Het ga-niet-weg werd zo gewichtig als de steen
op een graf.

Er stond een boom in het bos met een gat in de bast,
daar woonden internettrollen, ze hadden gebochelde
ruggen en een slavencomplex. We lieten ze slapen, we wilden
niet een heel persoon de oven in duwen, het wordt zo ook
wel donker als een ongeschilde aubergine. De beek raakte lek
en de koeien werden vlekken, en hoogten en diepten hielden
slechts met lijm nog contact.

Dus scheld me nu maar uit met je laatste woorden, want
er is tussen ons iets enorms aan de gang. Maak me
jaloers op mezelf. De herfst heeft een koude ziekte, maar
wij hebben de kinderen, er branden waxinekaarsen
in de palm van hun hand.

Alja Spaan Hoe belangrijk is het fysieke element in je gedichten? Mouwen noemt het soms ‘de erotische laag’.

Anne Provoost De beslissing om poëzie aan te bieden aan de lezer is aan de liefdesdaad verwant. Je mompelt iets onverstaanbaars, en je probeert de ontvanger te verleiden om mee te gaan tot het eind. Dat is voor beide partijen zowel betoverend en beangstigend. Je weet niet wat er gaat gebeuren. Een gedicht kan je veranderen. Die liefdesdaad mag je heel breed opvatten. Zinnen formuleren impliceert bijna altijd uitreiken naar iemand anders, meerdere individuen samenbrengen rondom iets wat potentieel kan worden gehoord en begrepen, en dus gemeenschappelijk wordt.

Alja Spaan Kun je je herinneren wat het eerste gedicht was dat je las?

Anne Provoost Toen ik veertien jaar oud was beantwoordde ik een oproep in de krant. Een zanger vroeg naar teksten om te toonzetten, en ik zond mijn pubergedichten in. Ik kreeg een heel lange brief terug, handgeschreven, want zo ging dat in die tijd. De zanger had boven mijn gedichten streepjes en boogjes gezet. Hij legde uit dat versvoeten noodzakelijk waren als je van een tekst een lied wilde maken. Sindsdien weet ik dat gedichten alles met muziek te maken hebben. Veel jonge mensen vandaag hebben dat veel eerder dan ik begrepen. Ze maken van poëzie een collectieve ritmische bezwerende beweging in plaats van in te zetten op verstilling.
Ik denk overigens dat die hang naar dansmaat en fonetische nadruk eigen is aan een maatschappij onder spanning.

Alja Spaan Op Wikipedia staat dat je begon met schrijven toen je vier was maar dat nog niet echt kon en daarom de verhalen aan je moeder dicteerde. Wat een heerlijke start. Heeft je moeder je altijd gelezen?

Anne Provoost Ze leest me inderdaad nog steeds. Ze leest ook alle recensies. Laatst was haar reactie: ‘Hmm, die begrijpt het denk ik of… de auteur heeft het nog anders bedoeld! Laat ze maar gissen.’ Ze heeft door dat wat dubbelzinnig is, of triple-zinnig of quadruple-zinnig, in even grote mate wordt veroorzaakt door de lezer als door de schrijver. De schuifjes zijn open gegaan, de lezer is aan het ‘verlezen’, in mijn dialect betekent dat sorteren wat nuttig voor je is, en zo hoort het.

De gedichten in dit interview komen uit de bundel Krop.